Geschiedenis van Nederland V

Koning willem I nam de teugels van het bestuur krachtig in handen en zegde toe dat het land een constitutionele monarchie zou worden. Van een echte democratie – bestuurd door een volksvertegenwoordiging – kon onder zijn koningschap nog geen sprake zijn, ook al slaagde hij er wel in de macht van de regentenfamilies te beteugelen en de economische ontwikkeling van het koninkrijk door zijn ondernemende activiteiten in hoge mate te stimuleren. Zijn zoon Willem II was al evenmin gebrand op een snelle democratische verwezenlijking van ideeën maar werd ertoe gedwongen door de revolutionaire geest van de tijd. Koning willem III, die al spoedig zijn vroeg overleden vader had opgevolgd, stond als eerste koning voor de taak het democratische konigschap tot een goed einde te brengen. Zijn vrouw Emma en zijn dochter Wilhelmina waren de eerste vorsten die het koningschap met hart en ziel waren toegedaan en die er een nieuwe inhoud aan hebben weten te geven. Als 1914 nadert is Nederland in allerlei opzichten een moderner land met nieuwe vergezichten en een duidelijke democratische gezindheid geworden.